Juridische vraagbaak: vraag van de maand

Toelichting vraag
Artikel V11 Kieswet bepaalt dat het lidmaatschap van een tot lid van de raad benoemde aanvangt ‘zodra de beschikking omtrent zijn toelating aan de benoemde bekend is gemaakt’.

Verplicht dit artikel om deze bekendmaking schriftelijk te doen en wel via het standaardformulier ’mededeling voorzitter van de gemeenteraad inzake toelating lid’?

De praktijk in de meeste gemeenten is namelijk dat een raadslid in dezelfde raadsvergadering waarin over diens toelating wordt besloten, ook geïnstalleerd wordt en dus aanwezig is. Direct na het raadsbesluit tot toelating wordt dan overgegaan tot het afleggen van de eed of een verklaring en belofte. Er wordt in de regel géén schriftelijke mededeling uitgereikt aan het toegelaten raadslid.      

Antwoord
De vraag draait dus om de wijze van bekendmaken van de ‘beschikking tot toelating raadslid’ als bedoeld in artikel V11 Kieswet. Volgens artikel 3:41 Algemene wet bestuursrecht dient een bekendmaking te geschieden door middel van toezending of uitreiking, tenzij deze vorm onmogelijk is. Dit zou betekenen dat er een geschreven document nodig is. Omwille van een correcte toepassing van de Kieswet hebben we de vraagstelling voorgelegd aan de Kiesraad. De Kiesraad ziet de mondelinge kennisgeving van het raadsbesluit tot toelating raadslid niet als een vormfout, mits de benoemde ter vergadering aanwezig is en de kennisgeving mondeling heeft ontvangen. Is de benoemde niet aanwezig, dan zal de kennisgeving schriftelijk moeten plaatsvinden en wel onmiddellijk (artikel V13 Kieswet). In dat geval zou het ontbreken van een schriftelijke kennisgeving wèl gevolgen kunnen hebben.